Verliesoriëntatie

Bij verliesoriëntatie gaat het om antwoord te geven op je verlies. Dat gaat in twee stappen:

  • Op zoek gaan naar wat je verloren hebt
  • Het toelaten van je gevoelens en gedachten

Verliesoriëntatie, wat heb ik verloren?

Het antwoord lijkt simpel, ik heb mijn partner, mijn kind, mijn ouder of mijn vriend verloren. Toch is het niet de persoon maar de relatie die je verloren hebt. Daarom is de vraag zo belangrijk; ‘Wat heb je precies verloren?’ Het kan gaan om de fysieke aanwezigheid, de oprechte aandacht, de veiligheid, de geborgenheid, de gemeenschappelijke dromen, de gemeenschappelijke liefde of gewoon de persoon van de dierbare zoals die was. Het helpt je om te reflecteren op de vraag, ‘Wat heb ik verloren?‘ Daarmee kom je dichter bij het onvervulde verlangen.

Hoe kan ik mijn gevoelens en gedachten toelaten?

Het toelaten van je verlies met alle daarbij horende pijnlijke en vrolijke kanten is het eerste dat nodig is. Want – het klinkt hard – je dierbare is dood en komt niet meer terug. En zoals Huub Oosterhuis schrijft: onze doden leven voort in de harten van mensen (Waar zijn onze doden?). De relatie met je dierbare zet je symbolische door. Je dierbare leeft in jou voort. Daarom word je uitgenodigd om de gevoelens en gedachten die in concrete situaties bij je opkomen toe te laten. Het kan gaan om gevoelens en gedachten die spontaan ontstaan wanneer je spullen van je dierbare ziet liggen, of bij het zien van foto’s waar je dierbare op staat of wanneer je met vrienden praat over je dierbare. Die gevoelens en gedachten brengen je dichter bij je diepere verlangens en vormen een kompas voor je verdere leven.

Hoofd, hart en handen zijn niet met elkaar in overeenstemming.

Je kunt je verdrietig voelen over het verlies van je dierbare en gelijktijdig denken: ik moet mij niet verdrietig voelen, want mijn dierbare heeft een goed leven gehad en we hebben het samen ook goed gehad. Het niet in overeenstemming zijn van voelen en denken geeft spanning in de handen (lijf) en kan zich uiten in psychosomatische klachten zoals hoofd-, maag-, rugpijn of vermoeid- en slapeloosheid. Wil je hoofd, hart en handen meer in overeenstemming brengen? Gebruik dan je verlangens als referentiepunt en vraag je hoofd (denken), hart (gevoel), en handen (lijf) om met elkaar in dialoog te gaan.